Uit onderzoeken naar het gedrag van mensen in onze ‘Vlaamse bossen’ blijkt dat we meest in de buurt van een rustplaats of andere open plaatsen blijven hangen. Het diepe bos was vroeger een gevaarlijke plaats en dit voornamelijk vanwege roversbendes of medemensen met minder goede bijbedoelingen. In onze tuinen is het niet anders, een gazon omringd door bomen en heesters geven ons ‘vaak’ een gevoel van ‘natuurlijke’ rust.
Hoe een boshoekje ontwerpen en aanleggen met een geschikte plantenkeuze?
Een echt bos bestaat uit bomen van allerlei soorten. Onder deze bomen groeien van nature struiken met daaronder een mix van voorjaarsbloeiers, schaduwplanten, enz… En onder deze komen dan vanzelf schimmels, mossen en paddestoelen voor. Alles staat ‘spelenderwijs’ door elkaar en ze vormen geen bedreiging voor elkaar!
Bovenstaande is vaak wegens een te beperkte beschikbare ruimte, of door de eisen van de klant, lees onderhoudsvriendelijk, niet realistisch in de tuin van vandaag. Door het nabootsen van een randeffect (de zoom van een bos, het meest soortenrijke stuk) is dit wel mogelijk! De keuze voor de juiste houtige plant heeft hierbij een directe invloed in de keuze van de onderbegroeiing. De keuze van onderbegroeiing is daarnaast ook nog eens het meest afhankelijk van de bodemomstandigheden en de hoeveelheid beschikbaar licht.
De bodem
Bij aanleg van een tuin / openbaar groen bij nieuwbouwprojecten zijn er meestal grote grondverplaatsingen of verdwijnt de originele toplaag naar een andere locatie. Streekvreemde en goedkopere aanvoergronden moeten dan dienen als ‘voedingsbodem’ voor kwaliteitsvol groen. Bij de opmaak van een beplantingsplan (net alleen voor de aanleg van een boshoekje) is het dan ook van uitermate groot belang om de aanwezige grondsoort met zijn typische eigenschappen als leidraad te gebruiken voor de inrichting ervan.
Het tekort of de totale afwezigheid van ‘goede bodemschimmels ‘ en ‘natuurlijke organisch materiaal’ in de nieuwe of bewerkte bestaande toplaag is meestal de beperkende factor voor het welslagen van dit soort tuin.
Licht
Een schaduwboomsoort zoals oa. beuk (Fagus) geeft weinig of geen kansen aan een diverse onderbegroeiing. Typische voorjaarsbloeiers zoals boshyacint (Scillia non-scripta), bosanemoon (Anemone nemorosa) bloeien nog voor de bomen in blad komen of andere bvb dubbelloof (Blechnum spicant) , wilde cyclaam (Cyclamen hederifolium) en onze-lieve-vrouw bedstro (Gallium odoratum) houden net van de schaduwrijke omstandigheden.
Alle vermelde soorten zijn typische ‘oude’ bossoorten en doen het vaak zeer slecht in pas aangelegde tuinen. Door de aanplant van deze soorten uit te stellen tot enkele jaren na aanleg of van zodra de projectzone aan de bovenvermelde randvoorwaarden voldoet kan men veel problemen vermijden.
Lichtboomsoorten zoals zomereik (Quercus robur), zoete kers (Prunus padus), fladderiep (Ulmus glabra) bieden van nature meer kansen aan een soortenrijke ondervegetatie.
Volgende natuurlijke soorten en cultuurvariëteiten zullen in combinatie met een vochtige bodem snel een bont ‘bostapijt’ vormen.
Smeerwortel (Symphyttum grandiflorum), Tellima grandiflora , kleine maagdenpalm (Vinca minor), maarts viooltje (Viola odorata), Luzula sylvatica, Luzula nivea, wijfjesvaren (Athyrium filix-femina), tongvaren (Phyllitis scolopendrium) , salomonszegel (Polygonatum multiflora), donkere ooievaarsberk (Geranium phaeum), vingershoedskruid (Digitalis purpurea), Lelietje-der-dalen (Convallaria majalis), kruipend zenegroen (Ajuga reptans), Elfenbloempje (Epimedium var.), Euphorbia amygdaloides var., stinkend nieskruid (Helleborus foetidus).
Deze soorten zullen in de perfecte omstandigheden zeer snel uitbreiden door zaden, sporen of wortelstokken.
Tips!
- Het aanbrengen van schors in een boshoekje is absoluut af te raden omdat de typische ‘boshoeksoortjes’ zich dan onmogelijk kunnen vermeerderen.
- Sommige varens zoals Blechnum spicant verdragen weinig tot geen zonlicht. Na aanplant kan een schaduwdoek tijdelijk dit probleem oplossen.
- Na de winter geen bladeren ruimen is een onderhoudsvriendelijke en vooral bodemvriendelijke oplossing voor het bevorderen van een humusrijke bodem.