Voordelen!
De Taxus baccata is een traaggroeiende zeer populaire wintergroene haagplant of solitair. Er zijn vele cultivars bekend zoals Taxus baccata 'David', Taxus baccata 'Fastigiata', Taxus baccata 'Kupfergold' (zie foto), Taxus baccata 'Summergold', enz...
De venijnboom is uitermate goed geschikt voor het gebruik in een haag of als massief omdat hij zich goed laat snoeien. Taxus verdraagt een renovatiesnoei bijzonder goed. Een oude boom kan dus zonder problemen uitlopen op oud hout.
Taxus doet het goed op verschillende bodemtypes. Enkel op een bodem die niet goed waterdoorlaatbaar is of die een hoge grondwaterstand heeft doet deze plant het niet goed. Door het inwerken van grof zand wordt de ontwikkeling van de haarwortels gestimuleerd en is er een betere waterverdeling. Drainage om het overtollige water weg te voeren is zeker een must.
Venijnboom kan aangeplant worden in in blote wortel aanplanten, maar wordt afgeraden ivm moeilijke hergroei. Maten hoger dan 40cm worden steeds aangeplant met kluit of in pot. Containerplanten zijn het volledige jaar voorradig.
Deze conifeer kan zeer oud worden en werd al van oudsher gebruikt voor het vervaardigen van medicinale middelen, nu als middel tegen bepaalde vormen van kanker.
Nadelen!
De venijnboom is giftig, voor mens en dier. Vergiftigingsgevallen bij vee komt voor en wordt in de meeste gevallen veroorzaakt door het voeren van tuinsnoeisel. Dieren eten van nature normaliter niet van Taxus. Het rode vruchtvlees is in het geheel niet giftig, de harde pit wel!
Ziekten en/of plagen:
Het grootste probleem bij de Taxus baccata is de taxuskever en zijn larven.
De kever zelf richt minder schade aan dan de larven, de schade is wel zichtbaarder dan de schade die aangericht wordt door de larve.
De taxuskever (ook de gegroefde lapsnuitkever genaamd) zorgt voor de meeste schade aan de bladeren van de plant. Je kan het herkennen aan de happen uit de bladeren. De bladeren zelf sterven niet af door de bladvraat. In tegenstelling tot de kever doet de larve geen bovengrondse schade. De larven van de taxuskever vreten de wortels van de plant op, soms zelfs tot aan de wortelhals.
Door het gebrek aan wortels kan de plant niet meer voldoende water en voeding opnemen en verwelkt de plant.
De lapsnuitkever komt niet enkel voor op Taxus maar ook op andere soorten: Osmanthus, Cornus, Sedum, Vitis, Actinidia, Euonymus, Hedera, Ilex, Potentilla, Skimmia, enz.
Bestrijding:
Een van de bestrijdingsmethoden is Kraussi Guard (R) van DCM. Dit zijn aaltjes die je bij een omgevingstemperatuur van 6° aangiet aan de wortel van de planten. Deze aaltjes infecteren en voeden zich met de larven, die hierdoor sterven .
Een ander veel voorkomende plaag op de Taxus zijn dopluizen. Ze worden meestal te laat opgemerkt als er al een grote kolonie aanwezig is. De schildluizen zuigen plantensappen uit het blad en de stengels. Hierdoor ontstaat er een groeiremming. Een gevolg hiervan is ‘plakkerige’ honingdauw die achtergelaten wordt op de plant en verhardingen. Honingdauw is een afscheiding van de dopluis. Dit zijn suikers die het insect niet heeft kunnen verwerken.
Het gevolg van honingdauw is dat er zich roetdauwschimmels ontwikkelen op deze plaatsen. De bladeren verkleuren zwart en kunnen zelfs afvallen.
Naast taxus komen ze ook voor op Laurus nobilis en Ilex soorten.